Winterse Stoofpot

Als het koud is, is een stoofschotel altijd lekker.

 

Omdat het de hele dag op een laag pitje staat te pruttelen, ruikt je hele huis er naar en als je dan na een wandeling thuis komt en je een lekker bordje eten neemt, ben je gewoon weer helemaal blij.

 

Op mijn site staan al verschillende stoofpotjes, maar deze wilde ik jullie ook niet onthouden.

 

Deze winterse stoofpot voldoet aan alle kwaliteitseisen van de Nederlandse Stoofpotten Club!

 

Wat heb je nodig?

- 1 stuk Chuck Steak van ongeveer 1200 gram (in stukken van 2x2x2 cm);

- 3 middelgrote uien in halve ringen;

- Een rode paprika of zoet puntpeper in lekkere blokjes;

- 2 flinke winterpenen in plakjes van ongeveer een halve centimeter;

- 3 stengels bleekselderij in plakje gesneden (niet te dun hoor);

- 8 (ja acht!) teentjes knoflook in plakjes gesneden;

- 200 ml passata;

- 1 eetlepel tomatenpuree;

- 1 eetlepel scherpe mosterd (niet van dat kinderachtige spul, maar echt dat je tranen in je ogen krijgt als je er aan ruikt);

- 1 eetlepel mierikswortel (uit een potje is goed hoor);

- 1 eetlepel gedroogde chiliflakes;

- 1/2 eetlepel cayennepeper;

- 1/2 eetlepel aroma- of selderijzout;

- 1 eetlepel gedroogde tym;

- 1 eetlepel gedroogde peterselie;

- 2 flesjes bier (wat je lekker bier vindt, bijvoorbeeld Guinness of een ander stevig biertje);

- Olijfolie om in te bakken;

- een mooie stoofpan met een dikke bodem of een slowcooker;

- Verder wat bloem en zout en zwarte peper naar smaak).

 

Bestuif het in blokken gesneden vlees met wat bloem en de kruiden.

 

De bloem helpt je straks bij het aanbakken van het vlees. Dat zorgt voor een mooie korst.

 

Zet de pan op redelijk hoog vuur en doe er een laagje olijfolie in.

Bak het vlees in kleine hoeveelheden goed aan alle kanten bruin. Als het goed is, komt er een mooie korst op het vlees. Niet bang zijn, het komt goed!

 

Leg het vlees in een aparte bak, of schaal... Mag je zelf weten, je bent de baas in je eigen keuken. Als er bloem achterblijft in de bak waarin je het vlees hebt gebruikt, dan bewaar je dat. Niet weggooien hoor. Hebben we nog nodig.

 

Bak vervolgens in de pan (die je niet tussendoor afwast), de uien, wortel en bleekselderij een paart minuten aan. Wederom mag er best een beetje vuur onder de pan staan.

 

Voeg de rode paprika en de knoflook toe en roer dit goed door.

Zorg er voor dat je er bij blijft, want anders verbrandt de knoflook en dat wordt bitter.

 

Dan doe je er de mosterd, tomatenpuree en mierikswortel bij. Ook even lekker meebakken, dat haalt het zure van de tomatenpuree af en leuke bijkomstigheid is, dat je gelijk weet of je de goede mosterd gebruikt. Die moet je voelen achter in je neusholtes... Lekker scherp!

 

Daarna doe je de overbleven gekruide bloem en nog 1 of twee eetlepels bloem bij het mengsel. Ook dit moet je even een paar minuten meebakken. Dan gaart de bloem. Er is niet vervelender, dan een lekker stoofschotel die smaakt naar rauwe bloem.

 

En komt het moment, dat je de flesjes bier openmaakt.

 

Schenk het bier er in één keer bij en roer alles goed door. Geen klontjes bloem als het goed is. Wel een mooie dikke saus voor de stoof. Dat komt door de bloem en ook door het korstje wat je aan het vlees hebt gebakken.

 

En dan begint het lange wachten. 4, 5 of 6 uur of lage temperatuur laten pruttelen en af en toe roeren.

In de loop van het sudderen, verandert de stoofschotel langzaam naar een mooie, diepe, donkere kleur.

 

Af en toe even proeven en kijken over er nog bij gekruid moet worden.

Niet te vroeg bij kruiden, je kan er wel dingen bij doen, maar je kunt het er niet meer uithalen.

 

Wij aten het met een beetje aardappelpuree en wat witte bonen met gebakken champignons.

 

We hadden nog genoeg over voor een tweede en derde keer eten. Dat staat in de vriezer. Handig, maken op een druilerige dag en genieten als je wat makkelijks wilt.

 

Enjoy.